BLOG

Het mag geen naam (meer) hebben.

het mag geen naam (meer) hebben

het mag geen naam (meer) hebben

Mijn vraag is nu deze: Hoe zit het als een ding zijn functie verloren heeft? Is het dan nog steeds dat ding, of is het iets anders geworden? Als je de stof van een paraplu afscheurt, is die paraplu dan nog een paraplu? Als je de baleinenconstructie opsteekt, boven je hoofd houdt en ermee in de regen loopt, word je drijfnat. Kun je dat ding dan een paraplu blijven noemen? Over het algemeen doen mensen dat wel. Ze zullen hooguit zeggen dat die paraplu kapot is. In mijn ogen is dat een ernstige vergissing, de bron van al onze moeilijkheden. Omdat die paraplu niet meer functioneert is hij opgehouden paraplu te zijn. Hij kan op een paraplu lijken, hij kan ooit een paraplu geweest zijn, maar nu is hij iets anders geworden. Het woord is echter hetzelfde gebleven. Daarom kan het het ding niet meer aanduiden. Het is onnauwkeurig, het is bedrieglijk, het versluiert het ding dat het wil onthullen. (…)
(…) ‘Elke dag trek ik er met mijn tas op uit om dingen te verzamelen die een nader onderzoek waard lijken. Ik heb nu al honderden specimens – het verbrokkelde en het verbrijzelde, het gebutste en het geplette, het verpulverde en het verrotte.’
“Wat doet u met die dingen?”
“Ik geef ze een naam.”
“Een naam?”
“Ik verzin nieuwe woorden die met die dingen corresponderen.”

Fragment uit Paul Auster, ‘New York-trilogie’, deel 1, ‘Broze stad’, blz 90-92, 9789029562348

Inge van den ThillartHet mag geen naam (meer) hebben.

Kleur in het kwadraat / Color Squared.

In 2015 zag ik in museum de Pont in Tilburg: Lichtprojecties van James Turrell en Amish quilts. De lichtprojecties van Turrell worden samen met de Amish quilts getoond vanwege hun visuele parallellen. De quilts golden al als inspiratiebron voor de vroeg 20e eeuwse Amerikaans moderne kunst. Ook in de kunst van de jaren zestig en zeventig zijn opnieuw verrassende overeenkomsten te ontdekken. De vroege lichtprojecties van James Turrell (1943) zijn daar een voorbeeld van. In de toelichting wordt het als volgt geformuleerd: “Zowel bij Turrell als in de dekens van de Amish zijn monochrome kleurvlakken en eenvoudige composities van robuuste, geometrische basisvormen opvallende elementen.” In deze en verdere begeleidende tekst van de tentoonstelling wordt vooral ingegaan op de soberheid van het beeld dat Turrell inspireerde tot zijn lichtprojecties. Vanuit dat oogpunt is het misschien begrijpelijk, maar toch wel jammer, dat voorbij wordt gegaan aan de traditie en de rijkheid van de quiltmotieven, die mede het uiterlijk en herkomst van quilts bepalen. Boeiend is de toelichting die wordt gegeven op de spirituele betekenis van de vaste vormen in de Amish quilt ontwerpen en het gebruik van licht als een immaterieel medium door Turrell.

JamesTurrell Sloan Red, 1968.

James Turrell, Sloan Red, 1968.

James Turrell, Raethro Green, 1968

James Turrell, Raethro Green, 1968.

Lydia Lapp, zwevende diamant, 1920.

Lydia Lapp, zwevende diamant, 1920.

Lydia Lapp, zwevende diamant, 1920, detail.

Lydia Lapp, zwevende diamant, 1920, detail.

Inge van den ThillartKleur in het kwadraat / Color Squared.

Van Fabriano naar Verona.

Fabriano, watermerken.

Fabriano, watermerken.

Enkele jaren geleden bracht ik een bezoek aan het papier- en watermerkmuseum in Fabriano in de Marche in Italië. De papierindustrie is al sinds de vroege middeleeuwen van wezenlijk belang voor de welvaart van deze stad. Naast de productie van kwaliteitspapier is met name de ontdekking en ontwikkeling van het watermerk van economisch en politieke grote betekenis. Vanaf het eind van de 18e eeuw tot voor de tweede wereldoorlog is het vooral door toedoen van één familie, de familie Miliani, dat de ontwikkelingen in deze specifieke tak van ‘sport’ een grote vlucht nemen. In de jaren dertig van de vorige eeuw wordt het bedrijf door ‘de laatste Miliani’ omgezet in een naamloze vennootschap. In de hiernavolgende decennia komt het merendeel van de aandelen in handen van banken en overheid. Sinds 2002, is 99,99% van de aandelen van Fabriano in handen van de grote Italiaanse speler in de papierindustrie: ‘Fedrigoni Group of Verona’.

Inge van den ThillartVan Fabriano naar Verona.

Moving thinking – state of the art.

In 2016 was in de bibliotheek van het Stedelijk een werk te zien van de Braziliaanse kunstenaar Mariana Lanari. In vijf maanden tijd verandert zij de bestaande ordening van de boeken in de leeszaal. Met haar werk laat zij zien hoe je via een boekencollectie en de ordening daarvan onze visie op de wereld of een onderdeel daarvan kan bloot leggen. En hoe onuitputtelijk het aantal mogelijkheden is om dit vanuit een bestaande collectie te doen. En dat het uitgangspunt van waaruit je werkt, kijkt, ordent, alles bepalend is voor de uitkomst. Zoals een axioma in de wiskunde dat ook doet.

Normaal gesproken staan de boeken in de bibliotheek van het Stedelijk alfabetisch geordend op kunstenaarsnaam. De verandering die Lanari aanbrengt is gebaseerd op het boek Writing as Sculpture van Louwrien Wijers uit 1996. In dit boek interviewt Wijers belangrijke kunstenaars en wetenschappers zoals Joseph Beuys, Andy Warhol en Robert Filliou. De herordening die Lanari aanbrengt start  met boeken die in deze interviews ter sprake komen of daar op een of andere manier mee verbonden zijn. Zoals bijvoorbeeld de catalogus van de grote Beuys-tentoonstelling in het Guggenheim, die Beuys in het interview ter sprake brengt, of die van Robert Filliou Research at the Stedelijk. Je kunt je voorstellen dat je vanuit deze denkwijze vele vertakkingen kunt krijgen. Want aan genoemde boekvoorbeelden zijn natuurlijk weer tal van andere boeken gerelateerd. Vanuit Writing as Sculpture verplaatst Lanari boeken en vervangt boeken in de leeszaal door boeken uit het depot, waarmee zij ons denken en de rijkdom aan schakeringen daarin aan de hand van één thema  op prachtige wijze visualiseert.

Er is al enige tijd discussie over de betekenis en functie van bibliotheken en collecties in relatie tot digitalisering en internet. De werkwijze van Lanari biedt mijns inziens inspirerende mogelijkheden om uit dit klassieke kennisreservoir te putten, tot nieuwe inzichten te komen over de manier waarop wij ons tot de werkelijkheid verhouden, hiaten in onze manier van denken en kennis bloot te leggen en zo nodig te kunnen aanvullen. Het mooie aan het project van Lanari is dat het ons in staat stelt om the state of the art van ons denken te visualiseren en in kaart te brengen. Vanuit dit laatste zou een digitalisering van nieuwe zoekmogelijkheden aan de hand van een aantal standaardwerken voor gebruikers van een bibliotheek een voor de hand liggende wens zijn.

En als je het kleinschaliger bekijkt: hoe leuk zou het zijn om de aanpak van Lanari een keertje op je eigen boekenkast toe te passen. Uitgaande van een eigen boek dat je echt nooit of te nimmer weg wilt doen, omdat het voor jou om jouw moverende redenen zo belangrijk is. Om aan de hand van dát dierbare boek je eigen state of the art te ontdekken. Oh, hoeveel nieuwe spannende leeswensen zou dit op kunnen leveren!

Meer weten?

Inge van den ThillartMoving thinking – state of the art.